Klein Haneveld, Johannes (Johan) |
Geslacht | Man |
Leeftijd | 75 |
Geboren | zo 24 jul 1859 te Wilp (gem. Voorst) |
Gedoopt | zo 21 aug 1859 te Wilp [NG] |
Overleden | zo 10 mrt 1935 te Snippeling (gem. Diepenveen) |
Begraven | do 14 mrt 1935 te Diepenveen |
Beroep | Fabrikant |
|
|
|
|
|
|
Notities: |
-Persoon | Johannes vestigt zich eerst als zelfstandig klompenmaker te Twello. In 1899 treedt hij toe tot het Centraal Bestuur van de Bond van Klompenmakers in Nederland. In 1902 is hij betrokken bij de oprichting van fanfarekorps Excelsior te Twello. Op 6 april 1904 wordt Johannes herkozen in het centraal bestuur van de Nederlandse Klompenmakersbond. Op 21 mei 1909 koopt hij samen met de boomkweker Mattheus Adrianus Smits, woonachtig aan de Snippeling, een klompenfabriek "op de Snippeling" te Colmschate. Deze fabriek gaat dan verder onder de naam "Klein Haneveld & Smits". Op dat moment zijn er slechts 7 klompenmakersmachines in gebruik in Nederland, en zo’n machine kost ongeveer f. 10.000,00 en maakt honderden paren klompen per dag. Op 28 november 1910 koopt Johannes voor f. 3.300,00 van Jan Willem de Weert een huis aan de Snippeling. Op 29 januari 1912 nemen hij en M.A. Smits een hypotheek op de klompenfabriek. In 1913 vinden we de firma terug in het telefoonboek van Deventer met telefoonnummer 171. Terwijl Johannes ook nog zijn klompenmakerswerkplaats te Twello bezit, richt hij op 6 mei 1916 met M.A. Smits en H. Kuik uit Wildervank de "N.V. Klompenindustrie v/h Klein Haneveld & Smits" op. Op 23 januari 1925 verschijnt het volgende bericht in de NRC: "Vannacht is de fabriek der N.V. Klompeninustrie Snippeling, voorheen Smits en Haneveld, te Diepenveen, afgebrand. De machines en groote partijen klompen, die ter aflevering gereed stonden, gingen verloren. De oorzaak van den brand is onbekend. Alles was verzekerd." Overigens was de ondergang van de fabriek ook te wijten aan het feit dat in dat deel van de gemeente geen brandspuit aanwezig was ... (volgens een bericht in "Het Vaderland").
In Twello woonde het gezin in de Holthuizerstraat, aan De Snippeling op de Weteringweg 2.Overigens was het geen beste tijd voor de fabrikanten. Op 5 november 1919 worden er in de Tweede Kamer aan de minister van Landbouw vragen gesteld over de enorme voorraad van miljoenen paren onverkochte klompen welke voorraad wekelijks met tienduizenden paren toeneemt. Dit komt door de invoerstop die Duitsland heeft afgekondigd en de invoer van goedkopere klompen uit België. Men vreest voor enorme werkeloosheid onder de circa 10.000 klompenmakers in het land (ex: Het Centrum d.d. 5 november 1919). Door de onafwendbare loondalingen ontstond er onrust die er op toe leidde dat besloten werd om met ingang van 20 december 1919 in het hele land de klompenindustrie stil te leggen (ex: Het Centrum d.d. 19 november 1919). Op 20 december 1919 heeft er te Dieren overleg plaats gevonden tussen de minister van Landbouw en vertegenwoordigers van de klompenindustrie. De gezamelijke klompenindustrie besluit zelfs om twee vertegenwoordigers naar Amerika te sturen om te bezien wat daar de eventuele afzetmogelijkheden zijn (ex: Het Vaderland d.d. 17 februari 1920). Pas vanaf juni 1920 wordt de produktie weer mondjesmaat hervat (ex: Het Centrum d.d. 24 juni 1920). Saillant detail in dit geheel is nog dat de stukswerkers in deze bedrijftak de minister hebben verzocht de verplichte 8-urige werkdag voor hun niet van toepassing te verklaren aangezien hun lonen anders absoluut niet voldoende zijn om hun gezinnen te kunnen onderhouden (ex: Het Centrum d.d. 12 november 1920). Zie ook de knipselpagina op https://kleinhaneveld.nl/verhalen/nederlandse-klompenindustrie-in-het-interbellum/
Op 7 maart 1931 treedt Christoffel Johannes Zonneveld als directeur toe tot het bedrijf, maar op 9 februari 1932 wordt de klompenfabricage stopgezet. Het bedrijf gaat dan verder als klompenhandel. Het vestigingsadres wordt statutair gewijzigd in Wilhelminastraat 15 te Oosterbeek, zijnde het woonadres van mededirecteur C.J. Zonneveld. Vermoedelijk is het bedrijf kort daarna opgeheven. |
|
| | -Huwelijk | Rensink: Aangifte:Ondertrouwkaart Johannes en Johanna Berendina |
|