le Clercq, George Piet Colenso
VaderClercq, Pieter Henri le
MoederCrawford, Helen
  
Zus Marie Emilie Caroline
Broer Henri Willem Antoine (5)
Zus Herberdina Caroline Emilie
Broer Reinier Emile Pieter
Broer Piet Henri (Pedro)
Broer Adriaan Johan
Kinderen: (1) Helen Marie
Notities:
-PersoonNa voltooing van zijn studie te Kampen en 3e jaar Kon. Militaire Academie bij Koninklijk Besluit van 8-2-1924 nr. 45 aangesteld tot 2e luitenant bij het dienstvak van de Militaire Administratie van het Koninklijk Nederlands Indische Leger.
27-9-1924 beëdigd bij de Koloniale Reserve te Nijmegen.
28-11-1924 uit Nederland vertrokken en te Genua op 5-12-1924 ingescheept aan boord van SS "Koningin der Nederlanden".
27-12-1924 te te Tandjong Priok ontshceept en te Batavia aangekomen.
30-12-1924 te Tjimah aangekomen (eerste garnizoen).
Bij besluit va Gouverneur Generaal van Ned. Indië te Batavia van 3-9-1927, no. 48 m.i.v. 8-9-1927 bevorderd tot 1e luitenant.
M.i.v. 7-7-1937 bevorderd tot kapitein, tot aan de Japannse oorlog (8-12-1941 t/m 15-8-1945).
In de periode voor de oorlog heeft hij verschillende functies vervuld in de garnizoen Tjiimah, Bandoeng, Batavia, Bandjermasin, Makassar, Amboina en Magelang. Twee maal op Europees verlof naar Nederland geweest, in 1931 en 1938.
In het eerste oorlogsjaar van 8-12-1941 tot 8-3-1942 was hij actief bij krijgshandelingen te Batavia en Bandoeng.
Na de oorlog te Singapore pensioen aangevraagd en bij Gouvernementsbesluit dd. 12-4-1946, nr. 7 is hem eervol ontslag verleend.

George Piet Colenso le Clercq (Colly le Clercq) was kapitein bij het KNIL. Bij het uitbreken van de oorlog was hij administrateur van het Militair Hospitaal te Weltevreden (Batavia). In januari 1942 werd hij overgeplaatst naar Bandoeng. Op 15 maart1942 werd hij als krijgsgevangene geïnterneerd in Tjimahi. In oktober 1942 tot april 1943 verbleef hij in Batavia en Soerabaja. Op 18 april 1943 ging hij op transport naar Amahei, in oktober 1943 naar Haroekoe en van 28 december 1943 tot 5 augustus1944 naar Liang. Daarna verbleeg hij nog op Ambon en in Singapore. In juni 1946 komt hij aan in Nederland. Zijn vrouw en dochter waren tijdens de Japanse bezetting in Tjimahi, Baros en Tjihapit .

Een uitgebreid verslag over zijn belevenissen tijdens de Japase bezetting van Nederlandsch-Indië is aanweizg bij het NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies
401 Nederlands-Indische dagboeken en egodocumenten ( Clercq, G.P.C., 1942-1946 Verslag over de Japanse bezetting en gebeurtenissen. https://www.archieven.nl/nl/zoeken?mivast=0&mizig=210&miadt=298&miaet=1&micode=401&minr=3875157&miview=inv2&milang=nl)

Na een retraite in 1956 verder beziggehouden met schilderen en tekenen, waarvoor hij een 5-jarige (schriftelje) cursus volgde aan de École A.B.C. de Dessin, 12 Rue Lincoln (Champs-Elysee) te Parijs, waar hem op 27-08-1962 het "Certificat de Fin d’études , spécialisation ’Illustration’ werd uitgereikt.
Bronnen:
-Huwelijk Gelders Archief te Arnhem; Akte: BS Huwelijk Nijmegen, dd. 07-10-1924,nr. 405
Referentie1559
Datumw 21-07-2022